(Lees
de Engelse versie van dit artikel.)
De sympiëzometer van Alexander Adie:
een opvallend korte 'barometer' zonder kwik
Door: Marco Fontijn.
Op 27 december 1831 verliet het oorlogsschip Beagle de
Engelse havenplaats Devonport onder de bekwame leiding van de norse
kapitein Robert Fitzroy. Het schip begon aan een expeditie rond de wereld
die maar liefst vijf jaar zou gaan duren. De bijbelvaste Fitzroy geloofde
stellig dat de reis wetenschappelijke bewijzen op zou gaan leveren voor
het scheppingsverhaal uit het boek Genesis.
De wetenschappelijke expeditie rond de wereld, waaraan de HMS Beagle eind
1831 begon, pakte anders uit dan kapitein Robert Fitzroy had gedacht. Op
15 november 1835 wierp het schip het anker uit voor de kust van een van de
Galápagos Eilanden. Het viel de 26-jarige en door Fitzroy persoonlijk
aangemonsterde bioloog-geoloog Charles Darwin op dat de vele vinkensoorten
in de archipel allemaal een andere snavel hadden. God had hier dus
opvallend veel moeite gedaan om al die verschillende bekjes te vormen. Op
het ene eiland zus, op het andere zo. Darwins uiteindelijke conclusie was
eenvoudiger: de vinken hadden zich aangepast aan het voedsel dat ze
vonden. Ze waren wel allemaal verwant, maar, afhankelijk van de
voedingsmogelijkheden op het eiland, bleken ze veranderd.
Dat nu juist deze jongeman, na jarenlange verwerking van nog vele andere
door hem verzamelde monsters en gegevens, in november 1859 'On the Origin
of Species' zou publiceren, zou Fitzroy, intussen opgeklommen tot
admiraal, zuur opbreken. Een uitzinnige Fitzroy, die het niet kon
verkroppen dat hij indirect had meegewerkt aan een boek dat lijnrecht
inging tegen het scheppingsverhaal, verstoorde in 1860, woest met de
bijbel zwaaiend, een Darwinlezing onder het luidkeels uitroepen van de
woorden: "Dit is tegen het woord van God". Vijf jaar later pleegde Fitzroy
zelfmoord.
Toch was Fitzroy op tal van andere terreinen een heel stuk minder
behoudend. Zo werd hij in 1845, reeds twee jaar na zijn aanstelling,
teruggeroepen als gouverneur van Nieuw-Zeeland omdat hij vast bleef houden
aan zijn standpunt dat de Maori's evenveel recht hadden op het claimen van
grond als de kolonisten. Naast zijn marine-activiteiten zou hij
baanbrekend werk verrichten als een pionier op het gebied van de
meteorologie. Na zijn ontslag uit actieve dienst werd hij in 1854 zelfs
benoemd tot hoofd van het nieuw opgerichte 'Meteorological Department of
the Board of Trade', het huidige 'British Meteorological Office'. Hij
instigeerde de eerste dagelijkse weersvoorspellingen en zette een
stormwaarschuwingsdienst op. In 1862 publiceerde hij 'The Weather Book'.
Foto 1: Engelse sympiëzometer, circa: 1840. Gesigneerd:
'PATENT C. Cummins 148 Leadenhall Street LONDON'.
Al in de tijd van zijn reis met de Beagle besteedde
Fitzroy veel aandacht aan het observeren van de fenomenen die samenhingen
met, of een voorbode waren van, een verandering in het weer. Tussen de
enorme hoeveelheid geavanceerde instrumenten aan boord van het schip - er
gingen alleen al 22 chronometers mee op reis - bevond er zich dan ook een
flink aantal die speciaal voor dit doel bestemd waren. Veel waarde hechtte
Fitzroy in het bijzonder aan een revolutionair type barometer zonder kwik
voor maritiem gebruik, waarvan, zorgvuldig verpakt in kisten met
zaagselvulling, vijf exemplaren aan boord werden gebracht. Het betrof hier
een relatief nieuwe vinding, met de naam 'sympiëzometer', die pas enkele
jaren daarvoor grondig getest was aan boord van schepen in de tropen, de
poolstreken en voor de kust van Schotland. Ongetwijfeld zal Fitzroy op de
hoogte zijn geweest van de enthousiaste berichten over deze eerste
testresultaten. In een brief van de kapitein van de Isabella, een van de
schepen van de Arctische expeditie van Ross in 1820, komen de volgende
lovende woorden voor: 'The Sympiesometer is a most excellent instrument,
and shews the weather far better than the marine barometer. In short, the
barometer is of no use compared to it … in my opinion it surpasses the
mercurial barometer as much as the barometer is superior to having none at
all.'
Foto 3: Schotse scheepsbarometer met sympiëzometer,
circa: 1860-1870. Gesigneerd: 'Mc. GREGOR & Co GLASGOW & GREENOCK'.
De naam 'sympiëzometer' is een samentrekking van de Griekse woorden
sumpiedzein (= samendrukken) en metron (= maat). Het instrument werd in
1818 geoctrooieerd door Alexander Adie uit Edinburgh, die daar in 1775 was
geboren en als 'optical, mathematical and philosophical instrument-maker'
in hoog aanzien stond. Adie ontwikkelde een grote interesse voor
meteorologie en meteorologische instrumenten. Na in de leer te zijn
geweest bij zijn oom John Miller, een toonaangevende achttiende-eeuwse
Schotse instrumentmaker, werd hij in 1804 diens partner om daarna nog tot
aan zijn dood in 1858 werkzaam te zijn vanuit verschillende adressen in
Edinburgh. Zijn 'British Patent 4323' uit 1818 werd betiteld als 'An
improvement on the air barometer' en een jaar later publiceerde hij er een
uitvoerige beschrijving over.
In feite betrof de nieuwe vinding met de geleerde naam een sterk
verbeterde versie van de thermobarometer van Robert Hooke. Dit instrument
had nooit echt opgang gemaakt en werd gedurende de eerst decennia van de
achttiende eeuw op slechts zeer beperkte schaal vervaardigd. Er is een
advertentie van de beroemde Engelse barometermaker John Patrick bekend
waarin deze het instrument aanprees als zijnde 'A Ship Barometer A Foot
Long'. Opvallender nog dan deze, in vergelijking met een conventionele
barometer zeer beperkte lengte, was het volledig ontbreken van het gebruik
van kwik, dat ter bepaling van de luchtdruk bij deze thermobarometers
gebruikelijk was. Ze werkten namelijk op bestanddelen die niet alleen op
luchtdruk reageren, maar ook - en zelfs in hoge mate - op temperatuur.
|
Het instrument van Hooke bestond uit een
'normale' dichte alcoholthermometer en een open thermometer met bovenin de
buis opgesloten lucht. De open thermometer reageerde hierbij op zowel
temperatuur als luchtdruk. Met behulp van de op de gesloten thermometer
afgelezen temperatuur kon men, na een door een berekening verkregen
correctie voor de invloed van temperatuur, vervolgens de luchtdruk aflezen
op een schaal naast de open thermometer.
Foto 2: Schematische voorstelling van de sympiezometer
van Adie, 1818.
A = reservoir gevuld met waterstofgas
C = reservoir met gekleurde amandelolie
MN = beweegbare luchtdrukschaal
OP = temperatuurcorrectieschaal
Zoals gezegd werkte ook de 'barometer' van Adie nog steeds min of meer
volgens ditzelfde principe. Het samendrukken, waaraan door Adie in de naam
van zijn instrument gerefereerd werd, sloeg op het met gas gevulde
reservoir van zijn sympiëzometer, waarvan de mate van samendrukken werd
weergegeven door een gekleurde vloeistof. In plaats van lucht in het
gesloten einde van de open buis, gebruikte Adie dus een gas, waterstofgas,
dat zich hierbij boven de gekleurde vloeistof, waarvoor Adie amandelolie
gebruikte, in het andere einde van de buis bevond. Verder hield de
'improvement' nog een beweegbare schaal in om de correctie van de
luchtdruk voor de gemeten temperatuur te vergemakkelijken. De clou was dat
men bij luchtdrukwaarnemingen eerst de heersende temperatuur aflas op de
aparte thermometer. Vervolgens stelde men de verstelbare luchtdrukschaal
zó in dat het eraan vastzittende pennetje op de temperatuurcorrectieschaal
de temperatuur aanwees die men zojuist had afgelezen op de thermometer.
Tenslotte las men de barometerstand af op het olieniveau. Alhoewel sommige
van de thermobarometers van Hooke ook al met een dergelijke beweegbare
schaal waren uitgerust, was het instrument van Adie veel smaller,
eenvoudiger en dus in de praktijk een stuk bruikbaarder.
Het was vooral Adie's uitgangspunt geweest om een minder kwetsbare
barometer te maken voor het gebruik op schepen, ter vervanging van de
scheepsbarometers met de lastige en kwetsbare lange kwikbuis. In 1829, dus
kort voor de reis van de Beagle, concludeerde de bekende Schotse
wetenschapper James Forbes dat Adie hierin was geslaagd: 'as a marine
barometer, its superiority in accuracy and utility, as well as
convenience, seems fully established'.
Adie nummerde alle sympiëzometers die onder zijn eigen patent door hemzelf
werden vervaardigd. Hiervan werd een groot aantal voorzien van de naam van
een door hem uitgekozen agent. In de 60 jaar na het verlenen van het
patent zouden er op deze manier meer dan 2500 worden gemaakt. Toen het
patent na 15 jaar verliep gingen ook anderen zich overigens alras
bezighouden met het produceren van sympiëzometers. Er ontstonden
uitvoeringen in alle denkbare afmetingen, zelfs tot sympiëzometers in
pocketuitvoering aan toe. Ondanks het feit dat sympiëzometers dus
behoorlijk populair waren, treffen we ze vandaag de dag echter nog slechts
sporadisch aan in de antiekhandel.
Foto 4: Close-up opname sympiëzometergedeelte van Foto
3.
Toch bleken er ook aan de sympiëzometer nog wel enkele nadelen te kleven.
Allereerst bleef het lastig dat het instrument niet in één oogopslag was
af te lezen. Ook bleek de vermeende grotere geschiktheid voor transport
een illusie te zijn, omdat het instrument veelal rechtop vervoerd diende
te worden. Een belangrijk nadeel was verder de relatief gezien korte
levensduurduur van het instrument. Na verloop van enige tijd zag het
waterstofgas namelijk kans om via de olie te ontsnappen, waardoor de
aanwijzing minder nauwkeurig werd. Ook de amandelolie kon na een bepaalde
periode gaan verdampen.
Toen zich rond 1850, met de uitvinding van de aneroïdebarometer en de
ontwikkeling van de sterk verbeterde, gestandaardiseerde
kwikscheepsbarometer volgens het 'Kew Marine'principe, betere
alternatieven aandienden, werd de sympiëzometer dan ook langzaam maar
zeker verdrongen. Wel werden er vanaf het midden van de negentiende eeuw
tot enige tijd daarna kwikscheepsbarometers vervaardigd die uitgerust
werden met een sympïezometer als extra accessoire. Hierdoor was het
mogelijk om de beide instrumenten met elkaar te vergelijken in situaties
waarin zeer nauwkeurige waarnemingen vereist waren.
Foto 3 toont een voorbeeld van een dergelijke luxueus uitgevoerde
scheepsbarometer met sympiëzometer, gesigneerd 'D. Mc. GREGOR & Co GLASGOW
& GREENOCK' en vervaardigd tussen circa 1860 en 1870. De opvallend slanke,
massief eiken kast van het instrument heeft door facetgeslepen glas
afgeschermde schaalplaten. Die van het barometergedeelte zijn van ivoor en
voorzien van twee noniussen, te bedienen via een tandheugelsysteem met
afneembare knoppen. De onder de cardanische ophanging gemonteerde
sympiëzometer heeft een schaalplaat van verzilverd messing. Met het
'geheugenwieltje' links bovenin kon de afgelezen stand eventueel nog voor
later worden vastgehouden. De kwikbuis van de barometer is voorzien van
een vernauwing om bij ruw weer het z.g. 'pompen' van het kwik tegen te
gaan. Het palmhouten reservoir heeft een lederen bodem en een vaste
stelschroef, en wordt afgeschermd door messing.
Foto 1 toont eveneens een zeer bijzondere en vrij vroege sympiëzometer,
n.l. de kort na 1840 vervaardigde sympiëzometer door Charles
Cummins. Aan deze instrumentmaker uit Londen werd in dat jaar het patent
verleend (British Patent 8462) voor een sympiëzometer die qua vorm afweek
van die van Adie en waarbij bovendien zwavelzuur gebruikt werd in plaats
van amandelolie. De massief mahonie kast heeft verzilverde messing
schaalplaten, afgeschermd door vlak glas. De kwikthermometer heeft een
verdeling in graden Fahrenheit. Het luchtdrukschaalplaatje wordt
op-en-neer bewogen via een messing schuifpen, gemonteerd in de
rechterzijde. Op deze pen bevindt zich tevens een draaibare knop waarmee
de nonius kan worden bediend via een tandheugelsysteem.
Marco Fontijn
|